23-05-25 | 09:01 | 1561 | Krommenie | Geluid | Vervolg NRC artikel 23 mei ‘25; ‘Wonen onder Schiphol: slapeloos, radeloos, rechteloos’
‘Het is dubbel verraad: op papier heb je meegewerkt, ben je ‘gehoord’. Maar er wordt niks mee gedaan. Als de wind uit het westen komt, vlucht hij naar een caravan op een vakantiepark in Schoorl.
Iedereen in de omgeving van Schiphol heeft zijn eigen voorbeeld van de onvoorspelbaarheid van de geluidshinder. Inwoners van Kudelstaart hebben sinds enkele jaren meer hinder omdat bewoners in Leimuiden klaagden en de vliegroute vervolgens werd verlegd. In Akersloot hebben ze meer geluidsoverlast omdat vliegtuigen sinds kort om Uitgeest heen vliegen. (komen nu over Zaanstad, red.) Ze worden tegen elkaar uitgespeeld, zeggen omwonenden.
En ze kunnen er niets aan doen, omdat ze geen individueel recht op bescherming hebben dat ze bij de rechtbank kunnen opeisen. Alle regels over geluidshinder zijn ‘per saldo’ – gehinderden mogen tegenover elkaar worden weggestreept. Je eigen recht gaat dus altijd ten koste van dat van een ander. Het is alsof er wordt gezegd dat het prima is dat je huis overstroomt, omdat er op een andere plek huizen beschermd worden tegen wateroverlast.
Een informatiemarkt zonder informatie ..
Eind maart 2025 loopt Jan Edens rond in bowlingcentrum Claus in Hoofddorp, op zoek naar antwoorden. Het ministerie van Verkeer en Waterstaat heeft een zaaltje afgehuurd voor een ‘Informatiemarkt Luchtruimherziening’. Het luchtruim wordt anders ingedeeld, om meer ruimte te maken voor Schiphol en voor militaire oefenvluchten. Dat betekent schuiven met vliegroutes, en dus met geluid.
Edens heeft maar één vraag. Een paar weken eerder heeft het ministerie een kaartje met vlekken gepubliceerd. Een blauwe vlek betekent méér geluidsoverlast, groen betekent minder hinder. Oegstgeest, een plaats ten noorden van Leiden, waar Edens woont, ligt onder een blauwe vlek. Maar hoeveel slechter het wordt, dat is hem onduidelijk.
De jonge ambtenaar bij het kraampje ‘Geluid- en Milieueffecten’ kan zijn vragen niet beantwoorden. „Ik heb me alleen ingelezen over Hoofddorp”, verontschuldigt ze zich. „Oegstgeest is een beetje blauw”, probeert ze. „Een beetje blauw is heel veel herrie”, zegt Edens. Wat doet de blauwe vlek met hém, wil de Oegstgeester weten.
„Het kaartje gaat over het algemene plaatje”, zegt de ambtenaar. „Ik wóón hier”, probeert Edens. „Ik wil weten wat het voor míj betekent. Wat wordt er gedaan voor mensen die meer geluidsoverlast krijgen?”
„Dat weet ik niet, ik kan alleen iets zeggen over dit plaatje”, zegt ze, wijzend naar de kaart met vlekken.
„Die ratelt gewoon haar verhaaltje af”, zegt Edens gefrustreerd als hij wegloopt.
Een ministerievoorlichter verliest intussen de verslaggever liefst niet uit het oog. Hij erkent dat bewoners op veel vragen geen goed antwoord krijgen. Maar, zegt hij, wijzend naar een volgend kraampje: „Dáár moet je gaan kijken. Dat is eigenlijk een heel positief verhaal.”
Het kraampje heet ‘Hoger Naderen’ – precies waar Van Willenswaard en andere omwonenden al jaren om vragen. Bij dit kraampje staan plaatjes van hoe vliegtuigen nu nog in een ‘treintje’ laag naar Schiphol toevliegen. Dicht op elkaar, zodat er meer vliegtuigen per uur kunnen landen. Hoe drukker het is, hoe langer het treintje en hoe verder van de landingsbaan de vliegtuigen al laag in de lucht hangen.
Dat is waarom in Limmen, op 25 kilometer van de luchthaven, vliegtuigen vaak op zeshonderd meter laag overvliegen. Bewoners van Alkmaar tot Oegstgeest hebben hier last van, maar ze kunnen er niets tegen doen. Zelfs de inspectie kan niet ingrijpen – de marges in de wet zijn zo ruim dat de ILT vrijwel nooit een boete oplegt voor te laag vliegen.
Hoe drukker het is, hoe verder van de landingsbaan de vliegtuigen al laag in de lucht hangen
Bij het kraampje hangt ook een plaatje van hoe het in de toekomst zou kunnen, met vliegtuigen die pas kort voor de landing in een geluidsarme glijvlucht de daling inzetten. Het is een idee waar luchthaven en overheid al jaren mee schermen, maar waar bewoners nauwelijks iets van merken. Stiller dalen is al dertig jaar technisch mogelijk, maar past niet bij de belangen van de luchtvaartsector. Stiller dalen „zou leiden tot een fors verlies aan connectivity en kwaliteit van overstapverbindingen en daarmee tot grote schade voor het netwerk van met name KLM en partners”, staat in een rapport van Schiphol uit 2008.
Binnenskamers zijn ambtenaren dan ook sceptisch over de winst die wordt toegerekend aan deze stillere vliegtechniek. „Effecten zijn erg onzeker”, staat in een memo. Er zijn „onvoldoende argumenten opgenomen waardoor dit zou verbeteren”. Een andere ambtenaar waarschuwt dat „verwachtingenmanagement” belangrijk is, omdat het stillere dalen niet valt af te dwingen.
„Het is een rekentruc”, zegt hoogleraar risicomanagement Ben Ale, die ruim dertig jaar lang de milieueffecten van Schiphol onderzocht. „Er wordt heel veel winst aan toegerekend, maar in de praktijk werkt het niet. De luchtverkeersleiding vertikt het te doen, want dat kost capaciteit.”
Oude bondgenoten tegenover elkaar ..
In de rechtbank in Haarlem, op een zonnige maandagochtend in april, staat de wereld van de Schipholhinder op zijn kop. Luchtvaartmaatschappijen hebben de staat aangeklaagd – diezelfde staat die al jarenlang hun belangrijkste bondgenoot is.
Minister Madlener, die na zijn aantreden vorig jaar van KLM een modelvliegtuig met de naam ‘Barry’ kreeg en sindsdien minstens veertien verschillende overleggen met de directeur van KLM had, wil voor het eerst in jaren een maximumaantal vluchten in de wet vastleggen. Weliswaar een flink hoger aantal dan zijn voorganger Harbers wilde, maar toch. Het is een begrenzing van groeiruimte die de sector absoluut niet ziet zitten.
Dus staan de partijen tegenover elkaar. Volgens de advocaten van de luchtvaartmaatschappijen leidt het voorgenomen plafond tot „onomkeerbare schade” die de sector „in het hart” treft. Bovendien mág de staat niet zomaar het aantal vluchten beperken, bepleiten zij. Na jarenlang gedogen mogen de luchtvaartmaatschappijen er inmiddels op rekenen dat ze recht hebben op dat hoge aantal vluchten, vinden zij. Het gedogen heeft de luchtvaartmaatschappijen een krachtig wapen in handen gegeven. Bij elke poging hun groeiruimte te beperken zwaaien zij nu met „historische rechten” die de staat niet zomaar mag afpakken. Zelfs wanneer de inspectie overtredingen probeert aan te pakken, bepleit de sector dat dit niet mag vanwege die „historische rechten”, blijkt uit interne stukken. Zo heeft de staat zijn eigen monster gecreëerd.
Toen minister Harbers drie jaar geleden aankondigde dat hij het aantal vluchten wilde terugbrengen naar 460.000 – grofweg het aantal dat binnen de huidige wet is toegestaan – spanden tien luchtvaartmaatschappijen en twee belangenorganisaties ook al een kort geding aan. De Hoge Raad gaf de sector vorig jaar gelijk. De minister moest eerst een uitgebreide procedure bij de Europese Commissie doorlopen en onderzoeken of er alternatieven zijn om de hinder te verminderen. Pas daarna zou hij het aantal vluchten mogen verminderen.
De luchtvaartmaatschappijen voerden ook via de Verenigde Staten druk uit op Den Haag om de plannen in te trekken. Begin 2023 kwamen op het ministerie meerdere dwingende brieven binnen van het Amerikaanse Department of Transportation, dat dreigde landingsrechten voor Nederlandse luchtvaartmaatschappijen in te trekken als Amerikaanse maatschappijen minder vaak zouden mogen vliegen op Schiphol. Geen loze dreiging, schatten ambtenaren in. De kans op „retaliatie” (vergelding) vanuit de VS is „zeer groot”. „Hier komt een stukje powerplay bij kijken”, schrijft een ambtenaar in een interne notitie.
Luchtvaartmaatschappijen voerden daarnaast een stevige Europese lobby om de Nederlandse plannen van tafel te vegen. Met succes: in november 2023 stuurde de Eurocommissaris het kabinet een dwingende brief waarin zij Harbers „dringend” opriep om de plannen bij te stellen. Anders dreigde een inbreukprocedure uit Brussel, schreef zij.
Dat die mogelijkheid bestaat, is het gevolg van wetgeving en verdragen die de afgelopen twintig jaar zijn ingevoerd om de belangen van de luchtvaart te beschermen. Europa tekende in 2007 bijvoorbeeld het ‘Open Skies-verdrag’ met de Verenigde Staten. Het doel: „minimale overheidsbemoeienis en regulering” voor de luchtvaartsector. In 2014 kwam daar een Europese verordening bovenop die de mogelijkheden van overheden beknot om geluidsoverlast van de luchtvaart aan te pakken.
Deze regels plaatsen de luchtvaartsector in een zeer gunstige positie, zegt hoogleraar internationaal en Europees recht Henri de Waele van de Radboud Universiteit in Nijmegen. Bij hun vaststelling is „uitbundig de ruimte geweest” voor lobby van luchtvaartmaatschappijen, zegt hij. „Zozeer zelfs dat het die verdragen een beetje dubieus maakt, omdat er zo weinig aandacht was voor de gevolgen voor mensenrechten en milieu.”
Harbers voelde zich na de Brusselse interventie verplicht zijn plannen uit te stellen, en Madlener zette er een streep doorheen. Voor Hans van Willenswaard uit Limmen was dat „een enorme klap in het gezicht”. Tot dat moment had hij gedacht: „Eindelijk druppelt het door, eindelijk is er een kentering. Maar nee dus.”
In de rechtszaal kwamen de luchtvaartmaatschappijen niet verder: de civiele rechter verklaarde ze niet ontvankelijk, de maatschappijen moeten naar de bestuursrechter gaan. Maar nog geen maand later bood minister Madlener alweer een opening voor verdere groei. Hij zwakte de plannen voor het terugdringen van geluidsoverlast af – opnieuw met een rekentruc.
En de omwonenden, die snakken naar verlichting, naar een beetje rust? Volgens Madlener kunnen mensen die ‘panisch’ worden van de geluidsoverlast maar beter verhuizen, zei hij in januari tegen het vakblad Luchtvaartnieuws.
Hans van Willenswaard is moe van zijn eigen radio, van het vluchten naar zijn caravan. Hij heeft een makelaar gebeld voor een huisbezichtiging in Avenhorn. „Waarom wordt er niet gewoon geluisterd? Je kan van alles voorstellen, maar uiteindelijk verdwijnt het allemaal in de prullenbak. Het is dubbel verraad: op papier heb je meegewerkt, ben je ‘gehoord’. Maar er wordt niks mee gedaan. Alle tijd en energie is voor niks geweest. Ik voel me gebruikt.”
Let op: onderstaande video bevat (hard) geluid. Video Olivier Middendorp (op de site)
Over dit artikel;
NRC putte voor dit onderzoek uit rapporten over de luchtvaartsector en geluidshinder en uit duizenden pagina’s interne documenten van meerdere ministeries die de afgelopen jaren zijn vrijgegeven dankzij ruim 35 WOO-verzoeken (Wet open overheid) van verschillende belangenorganisaties en media.
NRC raadpleegde in het Nationaal Archief de notulen van de ministerraad uit de jaren negentig en begin deze eeuw en onderzocht daar ambtelijke dossiers van betrokken departementen. Daarnaast kreeg NRC de beschikking over het privé-archief van professor Ben Ale.
De verslaggevers spraken met bewoners die overlast hebben van Schiphol en kregen via hen inzage in vluchtaantallen en correspondentie met overheden en bedrijven. NRC interviewde ambtenaren, onderzoekers en omwonenden die bij de politieke besluitvorming betrokken waren en hield in mei interviews met Schiphol en KLM.
Waar in dit artikel wordt gesproken over decibellen gaat het om dB(A) Lden, de maat voor jaarlijkse geluidsbelasting die ook in wet- en regelgeving wordt gebruikt.
Reactie Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat;
Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat bevestigt in een reactie dat de gelijkwaardigheidscriteria meermaals zijn „geactualiseerd”, maar stelt dat hierbij „niet meer ruimte [is] geschapen voor de ontwikkeling van de luchthaven. Doel van de wijzigingen is altijd geweest het werkelijke gebruik van de luchthaven zo goed mogelijk te vervatten in de invoergegevens en niet om zoveel mogelijk ruimte te scheppen voor meer vliegtuigbewegingen.”
Reactie Schiphol; Schiphol stelt dat de geluidsbelasting rond de luchthaven al jaren afneemt – hoewel op sommige plekken die verbetering niet heel groot is, zoals bij Aalsmeer en Uithoorn. Wel erkent de luchthaven dat in de bepaling daarvan de vliegfrequentie niet als aparte hinderfactor wordt meegenomen, terwijl mensen daarvan wel hinder ervaren.
Reactie KLM; KLM erkent dat de groei van het aantal vluchten in bepaalde regio’s veel sterker is geweest dan in andere regio’s met als gevolg lokaal meer hinder, maar zegt dat die dankzij het systeem van preferent vliegen zo beperkt mogelijk is. Bovendien vermindert volgens KLM de hinder door de inzet van nieuwe, stillere vliegtuigen.
Reactie Hans Alders; Hans Alders schrijft in een reactie dat „steeds duidelijk is geweest” dat de groei van het aantal vliegtuigbewegingen dat aan de ‘Alderstafel’ werd afgesproken „zou leiden tot meer hinder”, en dat de mogelijkheden die te beperken „begrensd waren”. Alders weerspreekt dat de bewonerscollectieven die zich achter zijn voorstellen schaarden geen goede afspiegeling waren van de totale groep van omwonenden.
Reactie Luchtverkeersleiding; De Luchtverkeersleiding „herkent zich niet in het beeld dat vliegroutes zomaar verplaatst worden zonder dat omwonenden daarvan op de hoogte zijn gesteld”. „Aanpassingen in het luchtruim of de routes worden gedaan vanuit het oogpunt hinderbeperkingen en verdere vergroting van de vliegveiligheid. Dit gebeurt nadat de omgeving als één van de betrokken partijen bij de veranderingen zijn betrokken.”
De Luchtverkeersleiding laat weten dat het vliegtuigen „waar mogelijk” de opdracht geeft stiller te dalen, maar dat dit alleen gebeurt zolang het geen gevolgen heeft voor de capaciteit.
Reactie Bewoners Aanspreekpunt Schiphol (BAS); Het Bewoners Aanspreekpunt Schiphol (BAS) zegt te snappen dat sommige antwoorden voor een leek moeilijk te begrijpen zijn, maar zegt zo specifiek en transparant mogelijk aan te geven waarom voor een bepaalde start- of landingsbaan wordt gekozen. BAS heeft vorig jaar een klankbordgroep opgezet met omwonenden en de voorbeelden uit dit artikel zullen gebruikt worden om de beantwoording van vragen te verbeteren, laat BAS weten.
Reacties Negen gemeenten, waaronder Castricum; De negen gemeenten, waaronder Castricum, die het bestuurlijke plan schreven waarin zij streven naar vijf uur stilte in de nacht, laten weten dat zij hebben gekozen voor een doel dat „haalbaar lijkt en niet leidt tot extra hinder in de randen van de nacht en [dat] ook vanuit de sector gesteund zou kunnen worden”. NRC.nl | | 23-05-2025 09:04 |