Wetenschapper introduceert nieuwe maat voor impact van de luchtvaart

Iedere retourpassagier op Schiphol veroorzaakt achttien persoonsdagen aan vliegherrie die uitstijgt boven de richtlijnen van de Wereldgezondheidsorganisatie WHO. En drie persoonsdagen aan slaapverstoring. Wat zijn dat, persoonsdagen? Het is een nieuwe norm, gedefinieerd door kwantitatief natuurwetenschapper dr Peter van Thienen. Eén persoonsdag aan herrie is één persoon die de hele dag overlast ervaart boven een bepaald niveau, maar kunnen ook tien personen zijn die ieder tien procent van de dag in de herrie zitten. Of 100 personen die 1 procent van de dag overlast ondervinden. Op basis van een analyse door To70 over de impact van de WHO-normen op het Nederlandse luchtvaartbeleid berekende Van Thienen dat iedere retourpassagier op Schiphol zorgt voor maar liefst 18 persoonsdagen aan herrie die uitstijgt boven de WHO-normen en ruim drie persoonsdagen aan slaaponderbreking. Voor één toestel met 200 passagiers – zeg maar een volgepropte Boeing 737 van Transavia – zijn dat dus 3600 persoonsdagen herrie en meer dan zeshonderd persoonsdagen aan slaaponthouding en zeer ernstige hinder. Honderdduizenden de dupeDit zijn ronduit schokkende getallen, wetende dat de WHO-normen nog steeds ziekmakende geluidsniveaus toestaan. Voor iedere overstapper en iedere plofticketklant die voor 50 euro op en neer naar Barcelona vliegt, zijn honderdduizenden mensen de dupe. Toch blijft het hier niet bij. Van Thienen rekende ook uit dat de stikstofuitstoot van één retourpassagier gemiddeld vergelijkbaar is met de bouw van een half huis in Zuid-Europa of van zelfs drie huizen in Vancouver, afhankelijk van de toegepaste bouwmethoden en -materialen. Eenzelfde effect treedt op tegen het klimaat: één retourpassagier heeft gemiddeld evenveel klimaatimpact als drie jaar stoken, douchen en koken voor een heel gezin. SchipholWatch pleit ervoor om naast het nu berekende jaargemiddelde geluidsniveau ook de nieuwe maat van Van Thienen mee te nemen om de ware impact van het vliegverkeer op omwonenden, stikstof en klimaat mee te nemen. Pas als het aantal persoonsdagen aan herrie en slaapverstoring aantoonbaar wordt teruggebracht, is sprake van een reële verbetering van de situatie. Jaargemiddelde voldoet nietMeer en meer wetenschappers, waaronder het RIVM, stellen dat het jaargemiddelde geen goede maat is om de overlast te classificeren. Een jaargemiddelde stimuleert bovendien het sjoemelen met de berekeningen, zoals het via een siësta-sluiting van twee banen omlaag rekenen van de geluidshinder. Met echte hinderbeperking heeft dat niets te maken, het is slechts manipulatie van een papieren werkelijkheid. Bovendien wil de overheid tot op heden slechts achteraf handhaven op basis van het jaargemiddelde en kan daarom pas optreden nadat de overtredingen al lang en breed hebben plaatsgevonden – op een moment dus dat niemand er meer iets aan heeft. De nieuwe maat van Van Thienen is enigszins vergelijkbaar met de passagierskilometer uit de luchtvaartindustrie. Die sector drukt de ‘zuinigheid’ van toestellen graag uit in liters kerosine per passagierskilometer, zodat de klimaateffecten lijken mee te vallen. Maar doordat toestellen steeds groter worden en steeds verder kunnen vliegen, neemt de totale uitstoot alleen maar toe. Persoonsdagen aan herrie per passagier geven juist een goed beeld van de werkelijke impact: in een geciviliseerde wereld is het niet te verantwoorden dat één passagier bij zovele medemensen ernstige inbreuk maakt op de leefomgeving en de gezondheid.
15 juni 2024, 11:25